Clara van Assisi

Clara, de dochter van Favarone werd geboren uit een goed nalatenschap. Ze werd opgevoed met de verfijnde manieren van het vrouwvolk van de adel. Er lagen veelbelovende wegen voor haar open en er waren goed doordachte plannen voor de toekomst. Er heerste geen angst dat Clara een ander pad zou volgen dan het veel betredene, totdat ze op de leeftijd van 18 jaar Franciscus hoorde spreken, terwijl hij een vastenpredikatie hield in de kathedraal van San Rufino. Ze begreep goed wat het evangelische leven betekende en wist in haar hart dat ze het zou gaan leiden.

Toen ze, vastberaden om gehoor te geven aan haar roeping, haar ouderlijk huis verliet, waren alle deuren gesloten. Maar ze brak er een open. En ze bleef haar hele leven lang deuren openen. Clara sloeg haar vleugels uit door haar ouderlijk huis rond middernacht op Palmzondag te verlaten. Ze kwam in een bruidsjapon, zodat ze aan de Heer gegeven zou kunnen worden en omdat ze een geestelijk huwelijk voor ogen had. Voor haar en Franciscus was het duidelijk dat haar volledige overgave aan het evangelische leven en een volkomen toewijding aan God op een afgezonderde plaats het beste tot hun recht zouden komen. Aldus zou ze helemaal toebehoren aan God in een leven van gebed en opoffering. Franciscus voelde dat het zijn taak was om getuige te zijn voor Christus de Bruidegom, die zulk een bruid tot zich kon trekken met een onweerstaanbare aantrekkingskracht. Dit alles gebeurde in stilte, maar met absolute oprechtheid, toen zij haar leven in het kleine kerkje van San Damiano begon.

Clara's vooruitgang verliep verrassend snel, voor iedereen die haar hoorde en zag. Toen Clara zich totaal tot God gewend had, richtte ze haar overtuiging volledig op het evangelische leven. Al vanaf de tijd dat ze als kind haar eerste kleine stappen naar God toe deed, was ze altijd vol verlangen geweest naar de weg van Jezus, om die te volgen. Maar nu werd het tempo sneller en de wijze waarop ze zichzelf aan God gaf was volledig.

De manier waarop Clara zich aan God toewijdde was verbazingwekkend voor velen. Haar wijze van overgave was volledig. Ze verliet niet alleen de wereld, maar verbrandde ook de schepen achter zich. Het resultaat was niet slechts afzondering, maar het was een totaal bezig-zijn-met-God. Ze bracht de hele dag door in gebed, en ook het merendeel van de nacht bracht zij in gebed door. Ze werd geabsorbeerd in de nooit eindigende lofprijzing tot God. Voor haar was het nooit een sleur, omdat ze het iedere keer een belevenis vond.

 

TERUG